Está en la página 1de 2

Bijlage 5 Format sterkte-zwakteanalyse

Naam van student: Sverre Verbeeten


Les / vakgebied : Beeldende vorming

Stap 1:
Inventarisatie (schematische weergave) van alle bevindingen

Sterk Kan beter


Lesontwerp x
Onderbouwing van lesontwerp x
Lesuitvoering (eigen reflectie) x
Lesuitvoering (feedback wpb) x
Overig (bv vanuit overige/ tussentijdse feedback van Feedback van
medestudenten, docenten, werkplekbegeleider) medestudent.

Stap 2:
Koppeling van bevindingen aan kritische handelingen

a.
- A.3. Leiding geven aan het groepsproces (4.7. onverwachte situaties)
Bij onverwachte situaties reageerde ik goed. Zo waren er een aantal kinderen die geen foto bij zich
hadden. Ik vertelde de kinderen dat ze de foto in hun hoofd konden houden en op basis van die foto
het schilderij konden maken. Doordat ik dit verteld had, gingen kinderen ook op eigen initiatief een vak
tekenen in het midden van het schilderblad. Ze vertelde dat ze zo op een later tijdstip de foto erop
konden plakken. Mijn reactie op de onverwachte situatie zorgde er dus ook voor dat de kinderen zelf
na gingen denken hoe ze het dan aan wilden pakken.

- A.4. Interactie aangaan met de groep (3.12. feedback aan leerlingen)


Tijdens de les liep ik veel rond om feedback te geven op de leerlingen. Kinderen vertelden me hun
ideen die ze hadden voor het maken van het schilderij. Ik gaf de kinderen hier feedback op. Wanneer
ik zag dat kinderen goed bezig waren, gaf ik ze complimenten. Wanneer ik zag dat kinderen misschien
verkeerde kleuren gebruikten, liet ik ze hier over nadenken. Ik vroeg de kinderen welk gevoel ze bij die
kleur kregen. Vervolgens vroeg ik dan of dat gevoel aansloot bij de herinnering die ze erbij hadden.
Wanneer dit niet het geval was, zorgde de kinderen er uit zichzelf meteen voor dat ze het aanpasten.
Ik liet de kinderen veel nadenken over de keuzes die ze maakten en waarom ze die keuzes gemaakt
hadden. Aan het einde van de les reflecteerden we klassikaal terug op de les. Ik vroeg aan de
kinderen wat ze zagen in elkaars schilderijen en of ze de herinneringen van elkaars herinneringen erin
terug herkenden. Door de mening van de kinderen op elkaars schilderijen, kregen de kinderen weer
feedback over hoe ze het de volgende keer misschien beter konden doen. Aan het einde van de les
bespraken we ook de proces- en productdoelen die we aan het begin van de les hadden benoemd en
die tijdens de les waren teruggekomen.

- E.2. Bespreken van opbrengsten en kwaliteit van leeractiviteiten met collegas (5.2. actief
bijdragen)
Aan het einde van de les besprak ik met mijn mentor de les na. Ik vertelde wat goed en wat minder
goed ging en ook mijn mentor gaf zijn mening hierover. Ik vertelde wat ik van de resultaten van de
werkjes van de kinderen vond en hoe ik het proces vond gaan. Ik ging de kinderen beoordelen op de
werkjes. Ik gaf cijfers die vervolgens opgenomen werden in het rapport van de kinderen. Ik kreeg de
verantwoordelijkheid mijn mening te geven en deze te verwoorden in het kader van
schoolontwikkeling.

b.
- A.1. Bespreken van en omgaan met regels (2.1. fysiek en sociaal-emotioneel veilige
leeromgeving)
Aan het begin van de les besprak ik met de kinderen hoe de les ging verlopen en wat er van de
kinderen werd verwacht. Ik gaf ze de opdracht de gedachte te schilderen die ze bij de foto hadden
waarover ze verteld hadden bij de geschiedenisles. Aan het begin van de les had ik met de kinderen
niet goed gesproken over gedragsregels. Hierdoor hielden sommige kinderen niet goed rekening met
de kinderen die naast of tegenover hen in het groepje aan het werk waren. Zo werd er door kinderen
af en toe gespat of geknoeid op kunstwerken van andere kinderen. Dit werd voor de andere kinderen
als onprettig ervaren.

- B.2. Leeractiviteiten ontwerpen (3.6 en 3.10)


Tijdens de les liet ik de kinderen zelfstandig werken aan de opdracht. Ik heb de les klassikaal
gentroduceerd en gevalueerd, maar ik heb verder in de les niet echt gebruik gemaakt van meerdere
groeperingsvormen. De kinderen waren zelfstandig aan het werk. Tijdens de les zag ik dat er ook
kinderen waren die gingen werken met het schilderen van letters en cijfers. Mijn intentie was eigenlijk
dat ze een soort achtergrond gingen maken in de sfeer van de herinnering. Hierbij had ik er zelf niet
aan gedacht dat kinderen misschien letters en cijfers gingen schilderen. Dit was eigenlijk niet de
bedoeling, maar dat heb ik vooraf aan de les niet goed aangegeven. Voor een volgende keer ga ik dit
vooraf aan de les duidelijk vertellen. Ik liet de kinderen nu gewoon schilderen wat ze wilden, maar ik
weet dat als ik het de volgende keer eigenlijk anders wil zien, dat ik dat dan vooraf aan de les duidelijk
moet maken. Ik moest duidelijk maken wat de kwaliteitscriteria waren waar de schilderijen aan
moesten voldoen.

Hulp- leervraag:
Hoe kan ik de volgend keer het beste mijn intentie van de les duidelijk maken, zonder de vrijheid en
creativiteit van de leerlingen te ontnemen?

Stap 3:
Benoem de essentie
Aan de hand van bovenstaande analyse heb ik voor mezelf een goed beeld kunnen krijgen wat goed
ging tijdens de les en wat ik de volgende keer anders wil doen. Ik ben goed na gaan denken over mijn
eigen handelen vooraf aan de les, tijdens de les en na de les. Ik heb kritische handelingen uitgekozen
die ik goed aan vond sluiten bij mijn handelen rondom deze les. De dingen die goed verliepen ga ik
meenemen in volgende lessen om hier verder aan te werken en dit vol te houden. De dingen die
minder goed gingen en ik de volgende keer anders wil doen, ga ik ook in mijn achterhoofd meenemen.
Ik volgende lessen ga ik hier extra goed op letten, om ervoor te zorgen dat ik het uiteindelijk wel op de
goede manier doe en ik tevreden kan zijn over mijn eigen handelen.

También podría gustarte