Documentos de Académico
Documentos de Profesional
Documentos de Cultura
Inleiding
In dit document geef ik informatie over de groep waarin ik stage loop. Hierin
probeer ik zo duidelijk mogelijk een beeld te geven van de typering van de groep.
Ik heb hiervoor de klas geobserveerd, verschillende gesprekken gevoerd met
mijn mentor en een sociogram afgenomen bij de kinderen en een klimaatschaal
bij een aantal van de oudste . Aan de hand van deze informatie ben ik tot een
typering van de groep gekomen.
Algemene informatie
Zoals eerder vermeld loop ik dus stage in groep . De groep bestaat uit 31
leerlingen, 14 jongens en 17 meisjes. Er zijn 14 oudste in de klas. De oudste
leerling is geboren op 17-10-2010 en de jongste leerling is geboren op 1-3-2013.
De oudste leerling is een jaar blijven zitten omdat die nog achterstand had op het
gebied van taal en rekenen. De sfeer in de klas is verder goed en er zijn niet heel
veel conflicten. Je merkt wel een groot verschil tussen groep 1 & groep 2.
Regels in de klas
- Niet schreeuwen in de klas.
- Niet rennen in de klas.
- We zijn lief/aardig voor elkaar.
- We ruimen de spullen na het werken weer netjes op.
- We zitten niet aan elkaar.
Deze regels hangen ook op een lijst in de klas. Natuurlijk wordt er niet altijd
voldaan aan deze regels maar er wordt wel veel aandacht aan besteed en de
hele klas is het er mee eens met dat dit de juiste regels zijn. De regels die vaak
niet worden voldaan zijn: We zitten niet aan elkaar en We ruimen de spullen
na het werken weer netjes op. Die laatste is een erg groot aandachtspunt van de
klas. Bijna na elke les als er opgeruimd moet worden is iedereen andere dingen
aan het doen dan opruimen.
Sfeer in de groep.
De sfeer in de groep is over het algemeen goed. Je merkt wel veel verschil tussen
kinderen van groep 1 en kinderen van groep 2, maar dit verpest niet de sfeer. Je
merkt juist dat kinderen van groep 1 veel meer spelen met kinderen van groep 1
en dat kinderen van groep 2 ook veel meer spelen met kinderen van groep 2. Op
deze manier is er dus wel een soort van groepjesvorming in de klas. Ik heb ook
een sociogram afgenomen bij de klas. Daaruit kwam opvallend naar voren dat er
wel 2 jongens uit de klas niet zo geliefd zijn. Wat mij op viel was dat deze 2
jongens de oudste zijn van de groep. Een van hun kleutert nog een jaar extra en
de ander moet ook bijna naar groep 3. De sociogram is wel iets minder
betrouwbaar omdat kleuters vaak verschillende vriendjes en vriendinnetjes
hebben per moment. Als ze ruzie hebben op dat moment zouden ze bij wijze van
spreken kunnen zeggen dat ze niet met dat kind willen spelen. Een kenmerk van
de belevingswereld van het kind tussen 3 en 6 jaar is egocentrisme (Piaget
1952). Egocentrisme is het onvermogen om zich in andere te kunnen
verplaatsen.
De 5 pijlers:
1. Respect
Hoe ga je met elkaar om?
2. Samenwerken
Wat kun je voor elkaar betekenen?
3. Kindgericht
Hoeveel vertrouwen is er nodig voor elk kind?
4. Vernieuwend
Welke veranderingen zien we in de maatschappij om ons heen?
5. Zelfstandig
Er word ruimte en verantwoordelijkheid gekoppeld aan zelfstandigheid.
Cognitief
Sociaal- emotioneel
Bij de sociaal-emotionele ontwikkeling in mijn stage klas zie ik ook een groot
verschil. Wat mij opvalt is dat er 2 kinderen zijn die al wat ouder zijn en cognitief
sterk zijn, sociaal-emotioneel juist een stuk minder zijn. Dit merk ik doordat die
kinderen wat vaker conflicten hebben met andere kinderen. Ze weten vaak niet
goed hoe ze iets moeten oplossen en dan gaan ze slaan of duwen. Ook uit de
sociogram die ik heb afgenomen kwam als resultaat dat die kinderen wat minder
goed in de groep liggen. Zelf hebben ze dit alleen niet goed door en denken ze
juist dat ze populair zijn in de klas. Hierin komt ook het egocentrisme weer naar
voren. Verder zie ook veel verschillen qua leeftijd. Er zijn veel jonge kinderen die
vooral alleen spelen en met zichzelf bezig zijn. Dit is heel normaal en kenmerkt
ook de kleuter. Dit word ook wel parallelspel genoemd. Dit wil zeggen dat twee
kinderen naast elkaar spelen waarbij ieder alleen bezig is met zijn eigen spel. Ik
ben deze informatie te weten gekomen door observaties te doen tijdens de stage,
ik ben in gesprek gegaan met mijn mentor hierover en ik heb een sociogram en
de klimaatschaal afgenomen bij de leerlingen.
De rollen in de klas
Ik zie verschillende rollen terugkomen in de klas. Je hebt natuurlijk de
grappenmakers van de klas, die altijd wel een grapje willen maken. Maar ook zie
ik twee leiders van de groep. Zoals eerder genoemd zijn die alleen nog niet door
iedereen geaccepteerd omdat ze moeite hebben met het op de goede manier
overbrengen. Daar wil ik in de komende periode dan ook aandacht aan gaan
besteden op stage. Verder zie ik ook de rustigere kinderen die liever niet op de
voorgrond treden. Dit kwam bijvoorbeeld naar voren tijdens carnaval op stage.
Toen mochten de kinderen hun carnavalsoutfit showen aan de rest van de klas
door op de tafel in het midden van de kring een rondje te draaien. Er waren twee
kinderen bij die dat liever niet wilde en niet zo graag in het middelpunt wilde
staan. Door er vervolgens met mijn mentor over te praten werd dit ook
bevestigd.
Literatuurlijst
Hendriksen, J.L.N. (2015)., Het verhaal van het kind (5e ed.), Amersfoort,
Nederland: Thieme Meulenhoff.