Está en la página 1de 5

Lesvoorbereidingsformulier Fontys Hogeschool Kind en Educatie, Pabo Eindhoven

Bron: Didactisch model van Gelder

Student(e) Sverre Verbeeten Mentor Harm Litjens


Klas PEH16VD Datum 17-03-17
Stageschool - Groep 5/6
Plaats - Aantal lln 18
Vak- vormingsgebied: Rekenen
Speelwerkthema / onderwerp: Meten en meetkunde

Persoonlijk leerdoel:
- Ik wil met behulp van deze les de kinderen een leuke werkvorm laten zien, waarbij ze actief onderling samen kunnen werken en elkaar kunnen helpen. Dit
wil ik bereiken door de les aan te passen op de behoeften van de kinderen.
- Ik wil met deze les het coperatief leren stimuleren. Dit wil ik bereiken door deze les te geven waarbij ik de kinderen rond laat lopen door de klas en steeds
een nieuwe leerling op laat zoeken om een vraag voor te leggen of te beantwoorden.
- Ik wil tijdens deze les letten op mijn stemgebruik. Dit wil ik bereiken door duidelijk te praten op momenten dat het nodig is. Ik wil mezelf hierbij niet
inhouden en niet te voorzichtig over komen.
- Ik wil mezelf goed houden aan de tijdsplanning. Dit wil ik bereiken door de tijd goed te bewaken en de kinderen te wijzen op de tijd die ze hebben voor een
opdracht.
Lesdoel(en): Evaluatie van lesdoelen:
Aan het einde van de les zijn de kinderen in staat om: Aan het einde van de les:
- De verwerkingsopdrachten correct te maken, nadat ze met de - Worden de opdrachten nabesproken en wordt gecontroleerd of de kinderen
kaartjes samen hebben kunnen herhalen en oefenen. alles begrepen hebben.
- Elkaar vakinhoudelijke vragen te stellen, elkaars vragen te - Vertellen de kinderen wat ze van de les vonden en wat ze van de les geleerd
beantwoorden en zo nodig te helpen. hebben.
- Na te vertellen wat ze tijdens de les geleerd hebben. Welke - Bespreken we hoe de samenwerking tussen de kinderen verliep.
onderdelen herkende ze terug?
- Lengten en afstanden bepalen met behulp van een gegeven
schaallijn (Tule, kerndoel 32).
- Alle analoge en digitale tijden aflezen en aangeven en deze
tijden ook in elkaar omzetten (Tule, kerndoel 33).
- Opdrachten rondom geld en gewicht goed te beantwoorden.
Beginsituatie:
- Omdat het verschil tussen groep 5 en 6 op cognitief gebied bij rekenen groot is, geef ik de les alleen aan groep 5.
- Uit de sociogram blijkt dat niet alle kinderen elkaar positief kiezen bij het samenwerken. Hierom kies ik ervoor om de kinderen niet de hele tijd met dezelfde
persoon samen te laten werken, maar om de kinderen steeds met een ander maatje de vragen en antwoorden uit te wisselen. Op deze manier wil ik
bereiken dat de kinderen de opdracht tijdens de les met iedereen goed uit hebben kunnen voeren en dat ze elkaar goed hebben kunnen helpen. Voor de
les ga ik de coperatieve lesvorm Werk-in-tweetallen inzetten. De kinderen nemen hun rol in, helpen elkaar waar nodig is, controleren elkaars werk en
wisselen van rol.
- De kinderen zijn vaker bezig met samenwerkend leren, dus dit is niet nieuw voor hen.
- De leerstof die ik tijdens de les aan bod laat komen is herhaling van wat ze al ooit eerder behandeld hebben. Ik gebruik verschillende onderwerpen die
aansluiten bij het domein meten en meetkunde.
Lesverloop
Tijd Leerinhoud Didactische handelingen Leeractiviteit Materialen / Organisatie
Leraar leergedrag leerling(en)
+/- 5 Introductie - Ik vertel de kinderen wat we tijdens - De kinderen luisteren naar de instructie. Kaartjes met opdrachten
minuten onderwerp. de les gaan doen. - De kinderen begrijpen de doelen van de les. en verwerkingsopdrachten.
- Ik laat de lesdoelen aan bod - De kinderen stellen vragen wanneer ze deze
komen. hebben.
- Ik vertel de kinderen hoe lang ze - De kinderen weten hoe lang ze de tijd hebben
voor elk onderdeel de tijd hebben, voor elk onderdeel.
dus wanneer ze met elk onderdeel
klaar moeten zijn.
- Ik geef de kinderen de kans om
vragen te stellen.
+/- 10 Uitvoering - Ik laat de kinderen een maatje - De kinderen zoeken een maatje met wie ze de Kaartjes met opdrachten
minuten les deel 1. zoeken met wie ze de eerste eerste vragen uitwisselen. en verwerkingsopdrachten.
vragen uitwisselen. - De kinderen proberen zelf een nieuw maatje te
- Ik stuur de kinderen aan waar zoeken wanneer ze met een maatje de vragen
nodig. uitgewisseld hebben.
- Ik geef duidelijk aan hoe lang de - De kinderen weten hoe lang ze de tijd hebben
kinderen de tijd hebben voor de voor de opdracht.
opdracht. - De kinderen wisselen de kaartjes uit wanneer ze
- Ik wijs de kinderen erop dat ze de van maatje gaan wisselen.
kaartjes uit moeten wisselen nadat - De kinderen stellen de rekenvragen aan elkaar
ze elkaar de vragen gesteld en beantwoorden elkaars vragen.
hebben. - De kinderen helpen elkaar wanneer de ander er
- Ik spoor de kinderen aan om vlot te niet uitkomt.
wisselen van maatje. - De kinderen proberen om vlot te wisselen van
maatje.

+/- 15 Uitvoering - Ik laat de kinderen weer op hun - De kinderen gaan weer terug op hun plek Kaartjes met opdrachten
minuten les deel 2. plek terug gaan zitten. Hierbij zorg zitten. en verwerkingsopdrachten.
ik voor een duidelijk stemgebruik. - De kinderen gaan de stof die met de kaartjes
- Ik geef de kinderen het aan bod is gekomen verwerken op een
opdrachtenvel waarmee ze de opdrachtenvel.
lesstof kunnen verwerken die ze - De kinderen weten wat ze moeten doen en
met de kaartjes geoefend hebben. weten wat ze kunnen doen als ze klaar zijn.
- Ik vertel de kinderen wat ze nu - De kinderen weten hoe lang ze de tijd hebben
kunnen gaan doen en wat ze voor de opdracht en passen zich hier op aan.
mogen doen als ze klaar zijn.
- Ik laat de kinderen weten tot hoe
laat ze de tijd hebben om de
opdrachten te maken en vertel
hierbij dat we hierna gaan
nabespreken.
+/- 10 Nabespreke - Ik bespreek de opdrachten na met - De kinderen doen actief mee met het Kaartjes met opdrachten
minuten n en de kinderen. nabespreken van de opdrachten. en verwerkingsopdrachten.
nakijken. - Ik laat de lesdoelen weer terug - De kinderen vertellen wat ze van de les geleerd
komen en reflecteer aan de hand hebben.
van deze lesdoelen met de - De kinderen vertellen wat ze van de les hebben
kinderen de les. gevonden, in het bijzonder de coperatieve
- Ik vraag de kinderen wat ze van de werkvorm aan het begin van de les.
les vonden en wat ze van de les
geleerd hebben. Het gaat hierbij
vooral om het coperatieve
gedeelte van de les.

También podría gustarte