Está en la página 1de 5

Lesvoorbereidingsformulier Fontys Hogeschool Kind en Educatie, Pabo Eindhoven

Bron: Didactisch model van Gelder


Student(e)
Dara Kaspers
Mentor
Klas
PEH15B
Datum
Stageschool De Zevensprong
Groep
Plaats
Best
Aantal lln
Vak- vormingsgebied: Levensbeschouwing.
Speelwerkthema / onderwerp: Vieringen en feesten Pasen; dood.

Meester Ronny
16-03-2016
Groep 4
29 leerlingen

Persoonlijk leerdoel:
- Ik ben in staat om tijdens de les overzicht te houden en als dit niet lukt de orde te herstellen, hierbij let ik erop dat ik mijn stem niet verhef en goed gebruik maak een
overlap tussen non-verbale en verbale communicatie (mimiek).
- Ik ben in staat om tijdens de coperatieve werkvorm groepjes te maken, waarbij de leerlingen elkaar positief stimuleren.
- Ik ben in staat om tijdens de les levensbeschouwing een serieus onderwerp te bespreken met de leerlingen.
- Ik ben in staat om tijdens de verdieping een verhaal te vertellen, zonder hulpmiddelen, waarbij ik de leerlingen betrek en de aandacht hoog kan houden.
- Ik ben in staat om tijdens het gesprek de leerlingen te steunen bij het vertellen van een moeilijke gebeurtenis.
- Ik ben in staat om tijdens het gesprek over de dood de leerlingen in te laten zien dat het niet iets om bang voor te zijn.

Lesdoel(en):
Procesdoel:
- De leerlingen oefenen met het opsteken van hun vinger als ze iets willen
vertellen in de groep.
- De leerlingen oefenen met samenwerken door met het groepje een
woordweb te maken, waarbij naar elkaar geluisterd wordt en ze elkaar
helpen.
- De leerlingen proberen de samenwerking te verwoorden, waarbij ze
vertellen wat goed ging en wat minder goed ging in het groepje.
- De leerlingen oefenen om herinneringen op te halen en om deze te
verwoorden in de kring.
- De leerlingen oefenen om de gemaakte afspraken zo goed mogelijk op te
volgen, waarbij rekening wordt gehouden met elkaar.
- De leerlingen hebben meer geleerd over Pasen aan de hand van een
filmpje, een verteld verhaal en het maken van een woordweb.
- De leerlingen leren dat de dood een normaal proces is in het leven waar je
niet bang voor hoeft te zijn.
Productdoel:
- De leerlingen zijn in staat om het gehoorde over Pasen, maar ook wat ze
al wisten op te schrijven op papier.
Kerndoel 37
De leerlingen leren zich te gedragen vanuit respect voor algemeen aanvaarde
waarden en normen.

Kerndoel 38
De leerlingen leren hoofdzaken over geestelijke stromingen die in de
Nederlandse multiculturele samenleving een belangrijke rol spelen, en ze
leren respectvol om te gaan met seksualiteit en met diversiteit binnen de
samenleving, waaronder seksuele diversiteit.

Evaluatie van lesdoelen:


Tijdens de coperatieve werkvorm loop ik rond om te kijken of er goed samengewerkt
wordt, goed geluisterd wordt naar elkaar en of ze elkaar eventueel helpen. Ik loop ook
rond om de leerlingen eventueel te helpen om te kijken of de opdrachten daadwerkelijk
gemaakt worden.
Tijdens het bespreken van de woordweb vraag ik meteen hoe de samenwerking is
verlopen.
Aan het einde van het gesprek vertel ik hoe ik de les heb ervaren.
Tijdens de lessen observeer ik de leerlingen ook.
Aan de hand van deze stappen wil ik kijken of mijn proces- en productdoelen zijn bereikt.

Beginsituatie:
Voorkennis en kunde: 4 leerlingen vieren hun communie. Verder vertelde mijn mentor dat ik van een blanco beginsituatie uit moet gaan.
Betrokkenheid: De leerlingen werken af en toe samen, wat ze erg leuk vinden om te doen. Uit de afgenomen sociogram kan ik afleiden dat niet alle leerlingen even
graag samenwerken. Doordat Pasen niet het vrolijkste feest is, heb ik met de groepjesvorming gekeken naar de sociogram. Hierdoor hoop ik de samenwerking te
bevorderen en hoop ik dat er meer gezegd durft te worden. Er wordt namelijk een woordweb gemaakt met het thema Pasen. In het begin laat ik een filmpje zien. Dit
filmpje is een animatie, waardoor ik denk dat de leerlingen betrokken zullen zijn. Ook omdat het filmpje maar n minuut duurt, zodat ze niet lang moeten stil zitten om
naar het filmpje te kijken. Daarna vertel ik de leerlingen meer over Pasen en probeer ze er soms bij te betrekken. Ook vertel ik het verhaal uit mijn hoofd en loop ik rond
door de klas, waardoor ik denk dat de betrokkenheid groter is. Bij het woordweb kunnen ze laten zien wat ze ervan hebben onthouden of wat ze zelf al wisten en ik
denk dat de leerlingen dit erg leuk vinden. Doordat ik met het gesprek in een kring ga zitten, wil ik proberen om iedereen erbij te betrekken. Het gesprek gaat over
dood, wat niet echt vrolijk is, waardoor ik wil dat de leerlingen zich allemaal gehoord voelen. Omdat we in een kring zitten, heb ik een beter overzicht en kunnen de
leerlingen niet schuilen achter hun tafels.
Groepjes woordweb maken:
Groepje 1: Leerling 4, 19, 27 en 28.
Groepje 2: Leerling 1, 2, 3 en 6.
Groepje 3: Leerling 12, 13, 16 en 29.
Groepje 4: Leerling 18, 23, 25 en 26
Groepje 5: Leerling 5, 15, 17 en 20.
Groepje 6: Leerling 9, 11, 14, 22 en 24.
Groepje 7: Leerling 7, 8, 10, en 21.
Actualiteit: De leerlingen hebben laatst over gevoelens gepraat aan de hand van matroesjkapoppetjes. Verder is het thema dood niet actueel.
Bekendheid didactische instrumenten: De leerlingen hebben wel is met de stille vinger gewerkt, maar dit gaat nog niet altijd goed. In de klas hangt een afsprakenlijst
die de leerlingen zelf hebben gemaakt. Hierbij houd ik er ook rekening mee dat er naar elkaar geluisterd wordt, er wordt opgelet als ik uitleg en er tijdens het
samenwerken met nette woorden wordt gesproken. Verder tel ik af en toe af van 5 naar 1 om aan te geven dat we verder gaan met de opdrachten. Dit doet mijn
mentor ook wel is en de leerlingen weten dan dat de leerkracht weer aan het woord wil. De leerlingen maken ook soms gebruik van een timer, hierbij kunnen de
leerlingen zien hoelang ze nog hebben, zonder hier bijvoorbeeld in hun hoofd rekening mee te houden. De leerlingen zijn niet gewend om een serieus gesprek te
houden, waardoor ik wil proberen om door consequentheid te laten zien dat dit in sommige gevallen van belang is.
De niveaus van hun ontwikkeling:
- Kohlberg Niveau 1: Preconventioneel niveau (Vr het negende levensjaar).
- Erikson 6 tot 11: Jongeren school.
- Fowler Fase 1: Intutief-Projecterend geloven Fase van de fantasie, en fase 2: Mythisch-Letterlijk geloven Verhalen worden als echt gebeurd ervaren.
Voor een uitgebreide beginsituatie, zie mijn verantwoording.

Lesverloop
Tijd

Leerinhoud

+- 5
minuten.

Inleiding
Filmpje
goede vrijdag.

+-10
minuten.

Verdieping.

+- 20
minuten.

+- 25
minuten.

Didactische handelingen
Leraar
Ik kijk rond of iedereen naar het filmpje kijkt.

Ik vertel mijn afspraken en vertel meer over


Pasen.
Ik loop rond door de klas.

Stap 1 : Het
verhaal wordt
verteld.
Verbreding en - Ik vertel de groepjes en laat de leerlingen in
evaluatie.
deze groepjes zitten.
- Woordweb maken: Pasen in het midden.
Stap 2:
Wat is blijven hangen? Wat wist je nog meer?
Controle Kernwoorden.
vragen
Timer op 5 minuten.
worden
- Woordweb op het bord: Kernwoorden op het
gesteld.
bord schrijven.
Hierbij vragen hoe de samenwerking verliep.
- Vragen stellen leerlingen.
Gesprek en
- Rustig een kring vormen.
nabespreking. - Afspraken erbij maken.
We respecteren wat iedereen zegt.
Stap 3:
Als er gelachen of gegrapt wordt krijg je n
Levensbesch waarschuwing en daarna ga je de klas uit.
ouwelijke
- Ik vertel over het overlijden van mijn oma en
vragen
goudvis.
worden
- Ik laat de leerlingen iets vertellen en houd een
gesteld.
gesprek.
- Ik vertel wat ik van de les vond.
- Rustig terug op je plek zitten.

Leeractiviteit
leergedrag leerling(en)
- De leerlingen kijken naar het filmpje.

Materialen / Organisatie

- De leerlingen vertellen hun kernwoorden en leggen deze


uit.
- De leerlingen werken samen en maken een gezamenlijke
woordweb, waarbij elke leerling weet wat er staat.
- De leerlingen luisteren naar elkaar en laten elkaar
uitpraten.
- De leerlingen kunnen verwoorden hoe de samenwerking
verliep.

- De leerlingen zitten in
groepjes.
- Whiteboard.
- Stift.
- Handdoek.
- Timer.
- Papier.
- Potloden.
(- Camera).

- De leerlingen vormen rustig een kring, zonder al te veel


lawaai te maken.
- De leerlingen luisteren naar de gemaakte afspraken.
- De leerlingen doen mee met het voeren van een gesprek.

- De leerlingen zitten in
een kring.
- Whiteboard.
- Stift.
- Handdoek.
(- Camera).

- De leerlingen zitten in
groepjes of zitten 2 aan 2
naast elkaar.
- Whiteboard.
- Beamer.
(- Camera).
- De leerlingen luisteren aandacht naar mijn verhaal.
- De leerlingen zitten in
- De leerlingen voelen zich betrokken bij het verhaal en doen groepjes of zitten 2 aan 2
mee als dat kan.
naast elkaar.
- De leerlingen luisteren naar de gemaakte afspraken.
(- Camera).

Persoonlijke reflectie

Feedback mentor (inclusief handtekening)


Datum:

También podría gustarte