Kritische reflectie

Margje Bergman
Groep 7A
De Schalm
Wat wilde ik leren?
In dit kwartaal wilde ik graag leren hoe ik een groep kan analyseren, dit
gebeurd door middel van de OGP 3. Wat betreft mezelf wilde ik graag leren
hoe ik duidelijk mijn grenzen kan aangeven en ik wilde graag weten hoe
het nu precies gaat in groep 7. Vanaf dit kwartaal stond ik in een andere
groep als het eerste half jaar. Ik ben begonnen in groep 1-2 en sta vanaf
dit kwartaal in groep 7. Dit is natuurlijk een groot verschil, in groep 1-2
wordt er weinig gebruik gemaakt van methodelessen en in groep 7 juist
wel veel. Ik vond het moeilijk om die omschakeling te doen naar
methodelessen. Wat betreft het duidelijk aangeven van mijn grenzen, dit
vind ik van belang, omdat ik dat niet vanaf het begin van groep 1-2 heb
gedaan. Ik wilde graag meteen in groep 7 duidelijk zijn in mijn grenzen.
Wat deed ik?
Ik heb vooral veel mijn mentor geobserveerd en gesprekken gevoerd met
mijn mentor. Ik wilde graag weten hoe zij haar grenzen aangaf aan de klas,
hieraan heb ik veel gehad. Ik kon zien aan haar wanneer voor haar de
grens bereikt was en ook was ze heel duidelijk in wat ze van de kinderen
wilde. Ik heb hiervan een aantal dingen overgenomen. Ze benoemde
duidelijk waar ze last van had, dit heb ik ook gebruikt in mijn lessen (als
dat nodig was). In de gesprekken die ik met mijn mentor heb gehad heeft
ze gezegd dat ik het echt aan moet geven, wanneer het voor mij niet meer
fijn is. Ik heb oplossingen gehoord van mijn medestudenten, hoe zij het
aan zouden pakken. Mijn eerste stagedag heb ik alleen een
kennismakingsactiviteit gedaan en de rest van de dag geobserveerd. Ik
heb geprobeerd om in mijn kennismakingsactiviteit al duidelijk te zijn en
dit is me al aardig gelukt. Ook heb ik op mijn stageschool een intervisie
gehad samen met andere studenten van de pabo, hier heb ik ook veel aan
gehad. Ik heb hier veel aan gehad, omdat ik zo van iedereen hoor hoe zij
het aanpakken. Ik heb bij deze intervisie geleerd hoe andere studenten
duidelijk hun grenzen aangeven. Natuurlijk doet de een het anders dan de
andere. Ik heb hierbij geleerd dat ik vanuit het ik-perspectief moet spreken
en daarbij moet benoemen waar ik last van heb.
In het begin had ik moeite met de methodelessen. In groep 1-2 werd
alleen bij rekenen gebruik gemaakt van een methode en bij de rest van de
lessen had je natuurlijk wel bepaalde uitgangspunten (leerdoelen), maar je
mocht deze lessen zelf indelen. Bij groep 7 zijn er gewoon methodes
waaraan gehouden moet worden, dit vond ik in het begin erg lastig, omdat
je dan minder van jezelf in de lessen kan leggen. Gelukkig heb ik ervaren

dat het niet alleen methode lessen zijn, zo heb ik bijvoorbeeld mijn
beeldende vorming les, mijn levensbeschouwing (filosofisch) en natuur
(met behulp van de site proefjes.nl) wel dingen van mezelf in kunnen
verwerken.
De coperatieve werkvormen zijn behandeld in de PPO lessen en we
hebben een bestand doorgemaild gekregen van onze docent (Suzanne
Raaijmakers). Ik heb dit bestand doorgenomen en gekeken in welke lessen
ik eventuele werkvormen toe zou kunnen passen. Ik heb geleerd dat er
veel verschillende coperatieve werkvormen zijn die je bij bepaalde
vakken kunt inzetten. Zo heb ik in mijn lessen onder andere de Rotonde,
denken-delen-uitwisselen en werken-in-tweetallen gebruikt. Ik heb dus
vooral deze werkvormen bestudeerd en geleerd hoe deze werkvormen
moeten worden gehanteerd. Ik heb van deze werkvormen gebruik
gemaakt in mijn les beeldende vorming, natuur en levensbeschouwing
(filosofie). Ik heb nog wel in meerdere lessen het samenwerkend leren
naar voren laten komen.
In deze periode heb ik ook geleerd hoe ik op andermans werk moet
reflecteren en heb ik geleerd van andere mensen die hebben gereflecteerd
op mijn werk. De mensen uit mijn groepje gaven mij eventuele tips en tops
waar dat nodig was en ik heb dit moeten verbeteren in mijn lessen. Ik heb
dus geleerd hoe ik feedback van mijn medestudenten moet verwerken in
mijn lessen. Natuurlijk niet alleen medestudenten, want wij hebben ook
feed forward gehad van bepaalde domeinexperts. Ik vond het erg moeilijk
om op andermans werk feedback te geven, omdat iedereen het op
zijn/haar manier doet. Gelukkig hadden we een format waar we als richtlijn
konden gebruiken.
Welke betekenis heeft voorafgaande aan mij (wat wil je veranderen)?/ Hoe
nu verder?
Ik wil nog steeds goed weten hoe ik duidelijk mijn grenzen aan kan geven.
Hierover heb ik tijdens SLB gepraat met mijn medestudenten en mijn
studieloopbaanbegeleider. In het begin van dit kwartaal moesten wij
beginnen aan een POP schrijven. Ik wist eigenlijk nog niet echt goed waar
ik deze POP over wilde schrijven, uiteindelijk ben ik tijdens SLB tot de
conclusie gekomen dat ik mijn POP ga schrijven over het duidelijk
aangeven van grenzen, zodat ik hier nog specifieker in kan zijn tijdens mijn
lessen. Ook wil ik meer lessen maken/geven waarin wat meer van mezelf
in zit, omdat ik het toch wel belangrijk vind dat ik ook mijn passies over
kan brengen aan de leerlingen (voorbeeld hiervan is de beeldende
vorming les van deze OGP). Ik denk namelijk dat als ik met passie sta te
vertellen dat de kinderen betrokken zijn/blijven bij de les.
Criterium van OGP 3
A. 1 Bespreken van en omgaan met regels
2.1 fysiek en sociaal - emotioneel veilige leeromgeving

De student maakt zichtbaar welke regels er in de groep

gelden en toont aan dat hij de regels kan hanteren ten
behoeve van het realiseren van een fysiek en sociaal
emotionele veilige leeromgeving
Ik weet welke regels gelden in mijn groep en heb hier ook rekening mee
gehouden. Ik kan deze regels hanteren wanneer dat nodig is. Al vind ik het
zelf nog moeilijk om zelf mijn grenzen duidelijk te stellen.
A. 3 Leiding geven aan het groepsproces
1.1 Zicht op groepjes leerlingen
1.3 Effectieve leraar communicatie
De student toont aan dat hij samenwerkend/coperatief
leren tijdens de onderwijsactiviteiten bevordert en laat
expliciet zien dat hij kinderen aanspreekt op gedrag,
hen positief stimuleert en zicht houd op alle groepjes
leerlingen.
Ik heb in deze periode tijdens mijn lessen zeker zicht gehad op de groepjes
leerlingen. Ik lette goed op de klas tijdens mijn uitleg en liep rond in de
verwerkingstijd. Dit deed ik om de leerlingen hulp te geven waar ze dat
nodig hadden, of juist om te zeggen dat de leerlingen goed aan het werk
waren.
A. 4 Interactie aangaan met de groep
3.12 feedback aan leerlingen
De student toont aan dat hij vanuit een onderzoekende
houding gesprekken voert met de leerlingen door actief
te luisteren. De student evalueert de onderwijsactiviteit
met de kinderen en hij geeft feedback aan leerlingen op
het samenwerkingsproces en/of op de gestelde
leerdoelen (proces- en product)
Ik vind het belangrijk om actief te luisteren tegenover de leerlingen. Ik
vind dat de leerlingen moeten voelen dat er serieus naar hen geluisterd
wordt. Ik evalueer bij elke les over de onderwijsactiviteit, alleen af en toe
mag dit nog wel wat uitgebreider dan wat is gebeurd. Ook mag ik af en toe
mezelf wat meer richten op de procesdoelen. Ik probeer de kinderen wel
zoveel mogelijk feedback te geven over hoe het samenwerken, gaat en
vraag de leerlingen meestal ook of het gelukt is tijdens de les (wat vonden
ze nog moeilijk/makkelijk).
B. 1 Leerdoelen stellen
3.4 passende leerinhouden vanuit leerlijnen
3.11 leerprocessen observeren en registreren
De student kiest in zijn lesontwerp voor passende
leerdoelen (proces en product) die aansluiten bij
leerlijnen en het bestaande onderwijsprogramma van

de stagegroep. Voor elk, aan dit OGP deelnemend, vak

wordt tenminste een les ontworpen en uitgevoerd.
Ik heb in mijn lessen rekening gehouden met de leerlijnen van de
kinderen. Ik heb een aantal methodelessen gegeven en sommige iets
aangepast. Ik heb ook een aantal lessen zelf ontworpen, waaronder
beeldende vorming. Ik ben erg trots op deze les, omdat ik mijn passie over
kon brengen aan de kinderen en de kinderen ook erg goed hebben
meegedaan.
B. 2 Leeractiviteiten ontwerpen
3.6 werkvormen en groeperingsvormen
4.5 leeromgeving inrichten
De student toont in het ontwerp aan dat hij
coperatieve werkvormen hanteert. De student maakt
zichtbaar dat hij voor aanvang van de lesactiviteiten
benodigde materialen en leermiddelen klaarzet.
Bij alle lessen die ik heb gegeven heb ik ervoor gezorgd dat alle
materialen die ik nodig had klaarstonden. Ik heb in verschillende lessen
ook gebruik gemaakt van een coperatieve werkvorm. In de OGP staat dat
ik in ten minste 3 lessen deze coperatieve werkvormen moet plaatsen. Ik
heb de werkvormen verwerkt in mijn les beeldende vorming, natuur en
levensbeschouwing (filosofisch gesprek). In andere lessen heb ik wel
samenwerkend leren verwerkt.
B. 3 Leeractiviteiten begeleiden
2.6 samenwerking, zelfredzaamheid
De student toont aan dat hij in staat is om in de
lesuitvoering coperatieve werkvormen te hanteren. De
student toont aan dat hij leerlingen hulp biedt bij het
leerproces, rekening houdend met de kenmerken van
de groep. Hij bevordert de samenwerking tussen
leerlingen en de redzaamheid van individuele
leerlingen.
Ik houd zeker rekening met de kenmerken van de groep in mijn lessen. Ik
heb rekening gehouden met de groepjes die ik heb gemaakt. Mijn groep
bestaat uit een groep, er zijn wel een aantal rollen en niveaus. Ik heb met
de groepjes rekening gehouden met de rollen en de niveaus van de
kinderen. Ik heb in mijn lessen ook de samenwerking van de kinderen
bevordert. In verschillende lessen zit een coperatieve werkvorm of
samenwerkend leren verwerkt.