Documentos de Académico
Documentos de Profesional
Documentos de Cultura
Mentor
Datum
Groep
Aantal lln
Persoonlijk leerdoel: Het zicht kunnen krijgen op de manier van leren van kleuters. Het kunnen benaderen van ze en het les kunnen geven.
(competentie 3, vakinhoudelijk en didactisch competent)
Binnen deze les wil ik specifiek:
Het kunnen aanleren van een kort liedje, met bewegingen.
Lesdoel(en): Aan het einde van de les kennen de kinderen de bewegingen
bij het liedje Dikke bromvlieg uit hun hoofd. Het lied kunnen de kinderen
aan het einde van de les met enige hulp van mij en de cd ook uit hun hoofd
zingen. Tijdens de les doen de kinderen goed mee, de kinderen hebben
een actieve luisterhouding.
Beginsituatie: De oudste kleuters zouden dit lied al kunnen kennen van vorig jaar. De kinderen kunnen simpele liedje makkelijk nazingen. Sommige kinderen zijn wat
muzikaler dan andere. Alle kinderen kennen het liedje Hoofd, schouders, knie en teen De kinderen zijn dus bekend met vaste bewegingen bij een lied. Door deze
activiteit met de hele klas te doen, zullen de kinderen die erg enthousiast mee doen de andere kinderen mee nemen in hun enthousiasme.
Lesverloop
Tijd
5 min
Leeractiviteit
Materialen / Organisatie
leergedrag leerling(en)
De kinderen gaan met de stoeltjes in de kring zitten, op de
vaste plekken. De kinderen luisteren naar wat we gaan doen
5-15 min
Voorzingen
15-25 min
Dansje
Evaluatie
Verantwoording
Voordat ik begon aan het ontwerpen van mijn muziek les ben ik gaan kijken naar de literatuur. Het KBV- model staat centraal bij de
kunstzinnige vakken. Dit model heb ik kunnen toevoegen aan mijn les. In de literatuur ben ik eerst op zoek gegaan naar wat het model
inhoud. In het boek muziek meester heb ik alle nodige informatie gevonden. Vooral de hoofdstukken 2.3 en 3.3. In hoofdstuk 2.3 staat
vermeld dat je als leerkracht de leider moet zijn bij het zingen, het voorzingen is iets cruciaal. Door iets voor te zingen kunnen de
kinderen al wennen aan het idee en gaan ze het lied sneller kennen. In hoofdstuk 3.3 staat hoe kinderen luisteren naar een lied en wat
de taak van de leerkracht is hierbij. Ik heb dit in mijn les kunnen toepassen door te kijken hoe de manieren van luisteren zijn en wat ik
hierbij kan betekenen. Ook de behoeften van de kinderen laat ik naar voren komen. De kinderen bewegen graag en hier gaf ik de
kinderen ook de kans toe. In het boek staat ook dat je de kinderen eerst een paar keer kritisch moet laten luisteren naar de tekst, wat
hoor je? Wat is er weg in de tekst? Waar gaat het lied over? Verder ga ik ook kijken of de kinderen door hebben welk tempo het lied
heeft. Is het een snel of een langzaam lied? Zo luisteren de kinderen extra naar de tekst en horen ze het lied ook steeds vaker.
Hierdoor gaan de kinderen het lied sneller kennen, de herhaling van het lied wordt niet vervelend voor de kinderen. De herhaling van
dingen is juist binnen deze leeftijdsfase een prettig iets. De kinderen voelen het als vertrouwd aan en hebben hier baad bij. Het is dus
niet erg om het lied zo vaak te zingen. Als ik merk dat de aandacht voor het lied en de dans dreigt weg te zakken stop ik met de
activiteit. Het moet nog leuk blijven voor de kinderen om mee te doen en ernaar te luisteren.
Het lied zelf, Vlieg op dikke vlieg, heb ik uit het boek Eigenwijs gehaald. In de lessen op de PABO hebben we dit lied ook behandeld, in
de les hebben we het gezongen en gekeken naar de toonhoogtes. Door deze les heb ik in de klas de goede tonen kunnen zingen, die
ook prettig zijn voor de hoge kinderstemmen. Het dansje bij het lied heb ik zelf bedacht, ik heb gekeken naar de tekst en heb hierbij de
bewegingen gemaakt.
Bronnen:
Lei, R. van der, Noorda. L., Haverkort, F. (2010). Muziek meester (3e druk). Baarn/Utrecht/Zutphen: ThiemeMeulenhoff
2.3 Zingen
3.3 Luisteren
Persoonlijke reflectie
Wat wilde ik?
Ik wilde binnen deze les de kinderen een kort liedje kunnen aanleren met simpele bewegingen.
Hoe ging dit?
Het aanleren van het liedje ging goed, doordat ik het liedje zo vaak herhaalde gingen steeds mee kinderen mee doen. Ook met het
uitvoeren van het dansje ging het hetzelfde als met de tekst. Herhaling is essentieel bij deze lessen. De kinderen hadden er meer baat bij
gehad als ik in het begin wat rustiger was gaan zingen, het liedje minder snel zingen. Ik had ook het liedje eerst van de CD kunnen laten
horen.
Hoe kwam dit?
Dat ik iets te snel ging met het zingen, kwam doordat ik het best spannend vond om voor de hele groep te gaan zingen. Dit uitte zich in
zenuwen en hierdoor ging ik sneller zingen dan dat de bedoeling was. Hierdoor ga je automatisch minder goed articuleren en zo wordt de
tekst van het liedje minder duidelijk voor de kinderen. Als de tekst minder duidelijk is is de kans dat het lied verkeerd wordt aangeleerd
groter.
Hoe nu verder?
Bij het geven van de volgende muziek les, ga ik als volgt te werk:
Eerst laat ik het liedje een keer horen via de CD, ik zing dan al mee. Dan ga ik het lied nog een keer zingen, hierdoor hebben we weer
herhaling en heb ik het juiste ritme van tevoren al een keer gehoord. Hierna ga ik vragen stellen over het liedje, zoals ik vandaag ookal heb
gedaan. Als we het liedje al een beetje beginnen te kennen laat ik bijv. alle meisjes/jongens het een keer zingen, dan de oudste kleuter.
Hierdoor heb je weer de herhaling en hoeven de kinderen niet de hele tijd te zingen. Verder zou ik het dans gedeelte nog hetzelfde doen
als vandaag.
Feedback mentor
Datum:7-4-2015
07-04Lied:
Als je
Daarna
Het
Leuke
Is je
2015
dikke bromvlieg
het spannend vindt om te zingen draai dan gerust eerst een keer de CD.
wel zelf zingen.
liedje ging best snel, zing maar langzamer dan verstaan ze het ook beter.
les!
doel bereikt?